Lien & de was

U begrijpt…..ik was veel. Heel veel. Een volwaardig 4 persoons huishouden, dus reken maar uit. Bovendien ben ik een ster in sorteren van was. Ik sorteer goed. Ik sorteer alles. Ik stop werkelijk niks bij elkaar waarvan ik maar denk dat het niet kan. Rood bij rood. Roze bij roze. wit bij wit. zwart bij zwart enz. enz. Gemiddeld een was of 2 tot 3 per dag is mij niks vreemd. Kunt u nagaan hoeveel ik draai als de bedden ook nog eens aan de beurt zijn. De bedden van de kindjes probeer ik om de week te doen, maar zelfs dat lukt soms niet als bijvoorbeeld Zoon het weer voor elkaar heeft om alles nat te plassen behalve z’n luier. Dat ik daar zelf hoogstwaarschijnlijk de oorzaak van ben, omdat ik z’n pieleke omhoog had zitten ipv omlaag dat laten we maar even buitenwegen. Onze wasmachine draait dan ook overuren, maar verder hoor je mij niet klagen. Het is vandaag super-buiten-droogmolen-weer, dus wat wil een poetsende, wassende huisvrouw nog meer?! Nou……geen afvallende bloesemblad van de boom van de buren bijvoorbeeld. En geen tussen-de-was-doorrennende-snotneuzen bijvoorbeeld. Het blijkt nogal een leuk spelletje om je te verstoppen tussen de aan de droogmolen hangende dekbedovertrekken. Normaliter ook nog niet zo’n probleem als de handjes, snoetjes en mondjes maar schoon zijn. Helaas. Zoon heeft snotneuzen. Van zulke hele groene. Goeies dus. En die zaten even later aan mijn was. “Potverdikkie……….tussen die was uit!” hoor ik mezelf al meerdere keren roepen. Maar als ik goed nadenk wat ik zelf leuk zou hebben gevonden toen ik 2,5 was……..is het waarschijnlijk precies hetzelfde. Zucht…….weer een was……..en lang leve de droger!

Dochter & Man in de snackbar

“Papa, ken jij die mevrouw met die blonde haren?” vraagt dochter aan Man. “Ja, die werkt hier” antwoordt Man. “Oh, ben jij verliefd op die mevrouw?” vraagt dochter weer. “Nee”, antwoordt Man, “ik ben toch verliefd op mama!”. “Hoe ken jij die mevrouw dan?”, vraagt ze opnieuw. “Nou, papa komt hier toch vaker frietjes halen en en dat is de mevrouw die hier de frietjes bakt”, legt Man uit. Ze weet echter van geen ophouden. “Gaan jullie dan samen zoenen?” stelt ze lacherig voor. U begrijpt dat zowel de mevrouw als Man in een deuk lagen van het lachen. “Ik denk niet dat mama dat een goed idee vindt” antwoordt Man. En zo is het maar net……dat’ie dat maar even goed weet. Tsss…..zoenen met de frietjesmevrouw   🙂

Een blaar hier en daar

Maar verder gaat het eigenlijk uitstekend. Ik voel me prima. De spieren zijn al weer wat soepeler en lopen gaat dus ook al weer wat beter. Ben vandaag al meerdere keren de trap op en neer gelopen en dat gaat ook goed. Schoenen kan ik nog niet aan, dus noodgedwongen loop ik rond op m’n crocs (oftwel m’n plastic klompen). Die dingen zijn trouwens een briljante uitvinding. Echt elegant zijn ze niet, maar zeker met de toestand waarin m’n voeten zich momenteel bevinden, kun je geen beter schoeisel hebben. De blaren laat ik voorlopig nog mooi voor wat ze zijn. Doorprikken kan altijd nog, maar zolang ik de druk kan verdragen ga ik niet met naalden aan de gang. Ik kan tot nu toe dan ook met een tevreden gevoel terugkijken op deze 80 v.d. Langstraat. En opa Joost ook, zover ik deze ochtend begreep. Die heeft helemaal nergens last van en gaat vandaag al weer aan de wandel (oefenen voor de volgende 80 van Leerdam naar ik begreep). Mij niet gezien. Één tachtig per jaar vind ik meer dan genoeg. Op naar volgend jaar……misschien dan zonder blaar 😉

Moe maar voldaan

….zit ik nu achter de PC. Ik heb het weer gefixt. En hoe!!! Het valt nl. niet mee om niet top-fit te beginnen aan de 80km wandeltocht. Toch besloot ik gisteren de gok te wagen. En maar goed ook. Het was super wandelweer. Goede luchtvochtigheid, niet te warm, niet te koud. Vol goede moed zijn we met 4-en gestart: Els, Margret, Schoonvader Joost en ik. En het ging wonderwel best goed. We hadden er na de 1e lus goed het tempo in en iedereen voelde zich prima. Na de 1e 25km begonnen echter de kwaaltjes bij Margret, Els en mij. De oudste van het stel had nergens last van. Die ging dan ook als een speer. En ik volgde. Ik volgde eigenlijk best goed. Na zo’n 30km lukt het niet meer om met 4-en bij elkaar te lopen en zijn Joost en ik doorgelopen. M’n heup deed wel wat pijn en natuurlijk had ik last van gebruikelijke kwaaltjes (een opkomend blaartje en spierpijn), maar het ging nog steeds goed. Het tempo lag hoog, zeker het tweede stuk van de rust op 34km naar de rust op 53km hebben we heel hard gelopen. De uiteindelijke finish-tijd is (NIET SCHRIKKEN): 11h40. Echt een superrecord!! Niet zo gezellig want het feestgedruis bij de finish moet dan nog helemaal op gang komen. Maar goed, wel lekker als je een half uurtje later heerlijk in bad ligt en lekker een paar uurtjes kunt bijtanken. Momenteel waggel ik een beetje door het huis, met als doel om 19h00 in bed te liggen…. Iedere voet heeft gemiddeld een blaar of 5 en m’n spieren zijn inmiddels van een distributie-riem-achtig-rubber, maar dat mag de pret niet drukken. Morgen zal het nog wel een dagje erg pijn doen allemaal en dan gaat het vanzelf weer beter. Voor het eerst sinds ik meedoe heb ik vanmiddag zelfs een stukje kunnen fietsen. Hoe ouder hoe beter het gaat…….lijkt het wel……al verwacht ik niet dat ik ooit nog deze finish-tijd zal evenaren, laat staan verbeteren. Lieve lezers, bedankt voor uw steun en aanmoedigingen……dikke X

Klaar voor de start….

Nou ja, klaar……. Nog niet helemaal natuurlijk. Omkleden, voeten tapen, veters strikken, dat gebeurt pas later. Ik hoef per slot van rekening niet voor een uur of 8 vanavond weg. Tijd genoeg…….. Over m’n gezondheid ga ik deze keer niet te ver uitwijden. Ik ben niet top-fit, m’n spieren zijn nog niet helemaal gewillig, maar ik ga het toch proberen. Als ik namelijk niet van start ga, blijf ik me een jaar lang afvragen of het misschien toch gelukt zou zijn. Als ik het einde nu om welke reden dan ook niet ga halen, dan weet ik waarom en weet ik dat je er simpelweg niet aan kunt beginnen als je je niet op en top fit voelt. Nu heb ik er gewoon een extra ‘uitdaging’ bij….zeg maar. En wie weet als ik éénmaal ben warmgedraaid dat het allemaal nog wel meevalt. Ik zal het jullie morgen of overmorgen weten te vertellen. Voor nu wens ik u allen een goede nachtrust…….die ik (hopelijk) zal overslaan vannacht…….

Saai

Het begint een beetje saai te worden! Al mijn logjes gaan over m’n snotneus en/of de 80 v.d. Langstraat. Maar let wel mensen, dat is ook zo’n beetje het enige wat door m’n kop maalt (voor zover er nog iets te malen valt in dat snotterhoofd van mij). Vandaag heb ik me uiteindelijk toch maar ziekgemeld bij m’n werkgever. Ik kon het niet meer opbrengen om vanochtend allerlei rapportages te verwerken op m’n laptop. Ik ben eigenlijk te beroerd om uit m’n ogen te kijken. De nodige rust, paracetamol en de net-vers-gekochte sinaasappels moeten nu z’n werk gaan doen. En ik hoop zo dat het lukt. Dat ik me weer onder de levenden bevind aanstaande zaterdag. Vanavond zou ik met vriendin L. naar een voorstelling van “Zeg ‘ns Aaa” gaan in de Leest (schouwburg in Waalwijk voor de leken). Ook dat heb ik maar afgezegd. Te beroerd. Te veel hoofdpijn. Te veel snot. Het leven is soms hard en zwaar en zóóóó niet-leuk. En ja, lieve mensen, ik weet dat het over gaat. Maar of dat ook ‘op tijd’ zal zijn, dat blijft even de grote vraag……..zucht……..weltrusten maar weer……

Snotterdesnotterdesnot

Mijn countdown-balk links geeft aan nog 3 daagjes en 12 uur en 30 minuten. En dan word ik dus geacht fit en vol goede moed op het Unaplein te staan, van waar we gaan starten. U begrijpt……ik voel me kut. “En schat, voel je je vandaag iets beter?” vraagt Man vanochtend. Nee dus. Helemaal niet dus. Erger dan gisteren dus. Het snot komt nou aan alle kanten m’n lichaam uit (niet dat u op deze informatie zit te wachten) en ik heb het gevoel dat m’n hoofd ieder moment kan ontploffen. M’n spieren voelen van rubber (en dan de stevige kwaliteit) en m’n ogen zijn zo waterig dat je bijna denkt dat ik de hele nacht heb liggen janken. Afijn…….het gaat niet helemaal volgens planning met de voorbereiding dus. Één geluk dat er geen Olympische titel of wereldrecord vanaf hangt. Het zou al zijn meegenomen als ik überhaupt kan lopen. Maar we hebben dus nog 3 dagen en zo’n kleine 12 uur. Ik blijf maar optimistisch en probeer er het beste van te maken. Vroeg m’n bedje in, heel rustigaan doen en blijven hopen dat het morgen weer ietsie beter gaat. Verder blijf ik een peptalk tegen mezelf houden en neurie de hele dag het bekende liedje van Hans Teeuwen (u weet wel……ik voel me kei-goed, ik voel me kei-goed, jullie kunnen mij niks maken….). Hopelijk schrikken de bacillen hiervan en trekken ze op tijd terug………..we will see.

Lien is verkouden!

En dat komt verdomd slecht uit! Zaterdag moet ik immers wel fit aan de start verschijnen voor de 80 v.d. Langstraat. Dus ik baal. Niet zo’n beetje. Ik baal enorm. De hele nacht liggen snotteren en nu zit ik dus met sjaal om en paracetamol bij de hand op kantoor. Ik zie zo bleek als de witte pasta van Duo-Penotti, heb waterige ogen & neus, keelpijn en slome spieren. Het ziet er dus allemaal niet zo best uit voor Lien & de 80. En toch wil ik lopen. Toch wil ik zaterdag van de partij zijn. Reden te meer dus om niet toe te geven aan m’n lijf. Ik ga met man en macht vechten tegen de foute bacillen. Fruit, groenten, neusspray, dampo, stomen, paracetamol en in het ergste geval ibuprofen. Met deze instelling en paardemiddelen moet het gewoon gaan lukken. Vanavond laat ik me verwennen met een kopje thee door Man en ga vroeg onder de wol. Zucht……….je moet er wel wat voor over hebben om de 80 te lopen!

Lien & de verbouwing

Het begint al steeds meer vorm te krijgen…….die geplande verbouwing van ons. De financiën zijn geregeld, de buren zijn ingelicht, de aannemer is voor de 3e keer langs geweest. Dit keer met iemand die de verwarming, het dak en de kozijnen gaat leveren. “Welke kleur moeten die kozijnen worden?” vraagt de klusjesman. “Net het wit eraf”, antwoord ik heel zeker. Jaha…..ik weet waar ik het over heb, merkt u wel. Ik heb al diep nagedacht over hoe het precies moet gaan worden……ahum…..niet dus. Man kijkt een beetje bedenkelijk en besluit maar geen reactie te geven. “Wil je glad kunststof of met houtreliëf?” vraagt de klusjesman vervolgens. “Houtreliëf”, antwoord ik weer meteen. “Dat trekt wel vuil aan” probeert klusjesman nog even, maar ik ben niet van m’n stuk te brengen. “Geeft niet, ik kan er goed bij om schoon te maken!” reageer ik weer. Het idee dat ik niet meer hoef te schilderen is zo heerlijk, dat ik dat extra schoonmaken wel voor lief neem. En ik wil dan wel kunststof, maar niet van dat gladde woningbouwvereniging-kunststof. Het moet toch op z’n minste de uitstraling van hout hebben. Vervolgens kijk ik Man zelfvoldaan aan en zie hem goedkeurend knikken. Wij kunnen dat samen……zo’n verbouwing regelen. Hij is van de financiën, de buren inlichten en de technische snufjes. Laat mij maar lekker de kleuren, materialen, stofjes en verfjes kiezen. Ik hoop dat ze kunnen beginnen in de carnavalsvakantie! Ben ik tenminste mooi op ski-vakantie………….

Categories
Shopalien

Lien & Man & de speelgoedwinkel

“Schat…..ik moet eigenlijk nog wel even naar Waalwijk” roep ik naar Man, “ik ben gisteren vergeten naar regenlaarsjes voor Dochter te kijken………….en Zoon heeft nieuwe rompers nodig……….en de winkels zijn vandaag open, want het is koopzondag”. Net toen ik wilde uitleggen dat Dochter beslist nieuwe regenlaarsjes nodig had, omdat ze morgen op het schoolplein allerlei waterspelletjes krijgen, antwoordde Man spontaan: “oh da’s goed hoor, dan gaan we zo even………kunnen we gelijk bij Bart Smit even naar een aanvulset van Lego kijken voor de kids”. Onze kids zijn namelijk aan de Lego. En niet zo’n beetje. Dochter bouwt de mooiste torens, huisjes enzovoorts en Zoon is een kei in het weer omduwen en afbreken van de hele boel. En wat Dochter heeft, wil Zoon hebben en andersom. Tijd voor wat extra Lego dus…….dan hoeven ze geen ruzie meer te maken (yeah right….) Afijn……de rompers gekocht, de (natuurlijk roze) regenlaarsjes gekocht en op naar de speelgoedwinkel. Man en ik stonden werkelijk te kwijlen voor al dat moois van Lego. Man natuurlijk bij de treinen en piratenboten en ik bij de roze kasteeltjes. “Oh…..kijk dat is leuk voor Jens”. “Oh……kijk, dat zou Senna helemaal geweldig vinden!”. “Oh Lien…..zie hier de Thomas Trein van Lego….helemaal super!”. “Oh…..Mars, zie je dat kasteel daarboven……kei-leuk voor Senna!”. “Ehhmmm……wat waren we van plan om uit te geven aan die extra blokjes?” vraagt Man. “Geen idee, wat denk jij?” gooi ik het balletje weer terug. “Ik vind die trein wel helemaal super voor Jens” geeft Man eerlijk toe. “Ja, en ik dat kasteeltje ook voor Senna”, zei ik oprecht. “Kunnen we dat wel maken…..zomaar…..zonder enige reden…..zulke kado’s?” vraagt Man. “Ach…… doe maar joh, kunnen zij ook een beetje meevieren dat jij een nieuwe baan hebt” zeg ik vervolgens. En als twee blije kinderen liepen we met twee grote dozen richting de kassa. Zo leuk, dat spul van Lego. Man lag als eerste languit op de grond om met Zoon de trein te bouwen en Zoon……….die is al de hele middag aan het jengelen omdat Thomas de Trein niet doet wat hij wil. Dochter is nog bij oma en heeft haar kado dus nog niet gekregen. En wij? Wij voelen ons ondertussen heel erg schuldig dat we die twee koters weer zo ontzettend verwend hebben………Â