Man liet me vorige week een stukje lezen over iemand die vrouwen met auto’s vergeleek. Hij bleef dan wel bij de categorie Volkswagen. De mooiste dame werd vergeleken met de Phaeton: een ‘yeah right, dream on’-model. Een daaropvolgend exemplaar was de Touareg: ‘mooi, stevig en niet kapot te krijgen’-model. Dan kwam er een hele rits dames die werd vergeleken met de Golf: ‘mooi, degelijk, iedereen-rijdt-erin, dus niet bijzonder’-model. Onvermijdelijk was de vraag van mij aan man: “En? Waar vergelijk jij mij mee?”. Deze vraag kwam er op enigszins dreigende toon uit, waardoor man een beetje twijfelde met antwoorden. “Nou”, antwoordde hij, “toen ik je pas leerde kennen was je eigenlijk een soort van C3-tje……….goed gevormd, slank, pittig en soms met een hoge rug. Maar nu vind ik je eerder een C4. Iets uitgedijd, iets pittiger met wat minder snel die hoge rug. Maar eh……als we toch bezig zijn. Waar vergelijk je mij dan mee?”. U begrijpt dat ik al een beetje aan het steigeren was (ik had natuurlijk verwacht dat hij me op z’n minst met een Porsche Boxter zou vergelijken). Mijn wraak was zoet: “Nou moppie, jij bent eigenlijk een Ford 8840 met veurloaier en dubbel luch”. voor de niet-kenners…….een traktor…….