Categories
Zomaar

Het verhaal van de logopediste

Nou, we hadden het weer ‘aan onze broek hangen’! Ongeveer 2 weken geleden kwam de logopediste van de GGD, op een overvol schoolplein, op manlief afgestormd. “De papa van J.?”, vroeg ze. Ik deed er blijkbaar niet toe 😉 . En eigenlijk was het achteraf wel leuk om het tafereel van een afstandje te bekijken. Ze gaf manlief een hand en stelde zichzelf voor als de logopediste. Ze wilde graag een afspraak met Man maken om Zoon z’n ‘toets’ te bespreken. Achteraf vind ik het eigenlijk te zot voor woorden dat ze dat op een overvol schoolplein deed, maar goed, het gevoel van schaamte zijn we inmiddels al lang gepasseerd en de meeste ouders weten wel dat Zoon niet helemaal binnen de vastgestelde kaders van school valt. Zoon is nu éénmaal Zoon.
Afgelopen vrijdag, tijdens de sportdag, had Man dus z’n afspraak met mevrouw de logopediste. We waren erg benieuwd naar de bevindingen van deze mevrouw. In onze ogen is Zoon al zo ontzettend veel vooruit gegaan in spraak, dat we op dit moment zelf geen noodzaak voor logopedie zagen. Maar je weet maar nooit hoe een buitenstaander daar over denkt. Bovendien staan we natuurlijk altijd open voor suggesties.
Afijn. Vrijdagochtend dus. Wat een desillusie. Het eerste en eigenlijk het enige waar ze het over wilde hebben, was Zoon z’n gedrag. Nou en dat schoot dus bij Man in het verkeerde keelgat. Man deelde dus in niet mis te verstane woorden mede dat hij het met haar graag wilde hebben over Zoon z’n communicatie, z’n woordenschat en z’n uitspraak, maar niet over z’n gedrag. We weten dat daar een probleem zit en daar wordt aan gewerkt. Echter vond hij (en vind ik) dat de logopediste daar niet voor is.
Het bleek dat hij een aantal testen gewoon simpelweg niet had gedaan. Waaruit zij vervolgens de conclusie had getrokken dat hij het niet kan. En steeds weer kwam ze terug op zijn gedrag: “hij moet toch gewoon doen wat ik aan hem vraag?”. WAKE-UP!! “Nou”, zei Man, “dat ligt eraan wát er aan hem wordt gevraagd en hoe het aan hem wordt gevraagd”. “Bovendien”, zei Man vervolgens, “als u met Zoon net zo heeft gecommuniceerd als u nu met mij doet, dan snap ik wel dat mijn zoon niet reageerde of niets zei! U zit alleen maar naar uw laptop te staren en kijkt mij niet 1x aan als u tegen me praat. Bovendien gaat u vervolgens met uw armen over elkaar zitten als ik een kritisch antwoord of kritische vraag stel.” En toen was het even stil.
Op de vraag van Man hoe ze vond dat Zoon communiceerde, kon ze eigenlijk geen antwoord geven.
Man doelde op de vraag of hij auditief, visueel of via z’n gevoel communiceert. Hij moest mevrouw de logopediste uitleggen wat hij ermee bedoelde. Hoe beschamend is dat dan?
Uiteindelijk hebben ze het toch nog kort over z’n uitspraak en zinsopbouw gehad. Waar het mijns inziens hoofdzakelijk over zou moeten gaan. Maar ja, wie ben ik? Z’n woordenschat is niet groot genoeg. OK, we zullen nog consequenter voorlezen. Z’n R rolt niet genoeg. Waarop Dochter hem de hele middag “ROOS” liet zeggen. Nou mensen, ik weet niet hoe rollend ze hem wil hebben………
Verder is er afgesproken dat hij aan het einde van het jaar de test nogmaals doet. U begrijpt dat dat alleen zal gebeuren in het bijzijn van Man of mij.