Categories
Verhalen

Korte verhalen deel 3 – Kwetsbaar

Moe maar voldaan begon Ruud met het opruimen van de puinhoop in zijn appartement. Hij twijfelde nog even of hij meteen zou gaan slapen en de rotzooi tot morgen zou laten liggen of dat hij nu maar meteen even door zou gaan met puinruimen. Hij koos voor het laatste. Hij kon toch niet meteen slapen na zo’n geslaagde avond. Al zijn vrienden waren geweest om zijn 40e verjaardag te vieren. Er hing een prima sfeer. Blijkbaar was iedereen wel toe geweest aan een feestje. De laatste gasten waren uiteindelijk kort na elkaar vertrokken. Allemaal in jolige stemming.

Zelfs Suus had het naar haar zin gehad. Ze kon het prima vinden met zijn vrienden. Hij had haar vanavond stiekem een beetje extra in de gaten gehouden. Al ruim een jaar hing er een bepaalde spanning tussen hen. Ze had iets geheimzinnigs. Iets eigens. Iets wat hem fascineerde. Seks hadden ze al meerder keren gehad. Heerlijke seks zelfs. Hij had het zelden met zoveel passie gedaan. En toch was er steeds de volgende morgen een muur tussen hen opgetrokken. Lag het aan hem? Die onzekerheid vrat aan hem.

Als hij eerlijk was, zou hij graag wat meer van haar willen weten. Een relatie is nu éénmaal niet alleen gebaseerd op seks. Natuurlijk heeft ze hem wel eens het één en ander verteld over haar verleden. Hij weet dat ze heel wat heeft meegemaakt. Maar ze had hem ook verzekerd dat dat achter haar lag en dat ze haar leven inmiddels weer helemaal op de rit had. Toch moet dat verleden haar nog steeds grote parten spelen. Hoe kon hij anders verklaren dat de grappige, vrolijke, heerlijke Suus ineens kon omslaan in een stille, teruggetrokken, in zichzelf gekeerde Suus. Soms wist hij echt niet wat hij met haar aan moest.

Hoe leuk zou het zijn om een echte relatie met haar te hebben?! Dat hij haar aan iedereen zou kunnen voorstellen als zijn vriendin. Ze zouden een mooi stel zijn samen. Hij wist ook wel dat ze hem leuk vond. Maar dat leuke is blijkbaar toch niet leuk genoeg. Waarom wilde ze per slot van rekening niet blijven slapen vannacht? Hij heeft het haar meerdere keren gevraagd. Ze stond erop om alleen op haar fiets naar huis te gaan. Dat zat hem totaal niet lekker. Natuurlijk had hij graag naast haar gelegen vannacht. Zeker na zo’n super gezellige avond. Dan is het nooit prettig om alleen achter te blijven. Maar ook het feit dat ze alleen naar huis fietste vond hij maar niks. Stel je voor dat er wat gebeurde. Dat zou hij zichzelf eeuwig kwalijk blijven nemen.

Ineens wist hij wat hem te doen stond. Misschien was hij wat overmoedig door de hoeveelheid drank die in zijn lijf zat, maar als hij het nu niet zou doen dan zouden ze misschien nog wel een jaar lang om elkaar heen blijven draaien. En wat zou per slot van rekening nou een mooier cadeau zijn voor zijn 40e verjaardag dan Suus zijn vriendin te mogen noemen.

Ruud gooide de nog half gevulde schalen met hapjes in de gootsteen en liet de boel de boel. Hij zou morgen wel verder zien. Nu waren er eerst belangrijkere zaken te regelen. Vlug griste hij zijn huissleutel van de keukentafel, trok zijn dikke winterjas aan en sprong op zijn fiets. Autorijden was per slot van rekening geen optie meer met deze hoeveelheid alcohol in zijn bloed. Suus woonde slechts 10 minuten fietsen bij hem vandaan. Met een beetje geluk lag ze nog niet op bed.

Zo snel als zijn conditie het toeliet fietste hij richting het huis van Suus. Na het weekend zou hij zijn trainingsschema bij de sportschool weer wat fanatieker gaan opvolgen. Zijn conditie leek werkelijk nergens op. Ruud moest lachen in zichzelf.
Net toen hij de bocht om wilde fietsen, de straat van Suus in, scheurde er een auto voorbij. Al vloekend kon hij nog net zijn stuur omgooien zodat hij niet van zijn fiets werd gereden.”Stomme idioot!”, riep Ruud hem nog na.

Wat hij vervolgens zag, staat nog precies op zijn netvlies gebrand. Dat gaat nooit meer weg. “SUUS!!!!!!”. Ruud smeet zijn fiets aan de kant en rende zo hard hij kon naar de jonge vrouw die daar op straat lag. “Suus, hoor je me…….Suus….Suus……blijf wakker…..ik haal hulp!”. In paniek probeerde hij 112 te bellen maar zijn vingers trilden te hard. Het lukte hem niet. Hij moest hulp halen en snel….. Ruud rende naar het dichtsbijzijnde huis en drukte langdurig op de bel. Gelukkig kwam er snel iemand de trap af.

Binnen 5 minuten waren ze er. Ziekenwagen, politie, de hele mikmak. De politie had zich over hem ontfermd en hij zat met een deken om zich heen wezenloos voor zich uit te staren. Totaal in shock. Een agente had hem al meerdere keren rustig gevraagd wat er was gebeurd. Hij kon niet antwoorden, hij wist het niet. Wat moest hij nu? Lieve Suus, hoe ze daar lag, zo kwetsbaar, zo witjes, zo rustig. De plas bloed die naast haar lag was immens. Hij krijgt het beeld niet van zijn netvlies. Wie doet nou zoiets?

Categories
Verhalen

Korte verhalen deel 2 – Opgeruimd staat netjes

Hij balde zijn vuisten en wist met zichzelf geen raad. Woest was hij. Wat dacht ze wel!!!! Dat hij haar niet meer zou kunnen vinden? Heel zijn ziel en zaligheid had hij in haar gestoken! Hij hield van haar. Op een speciale manier…..dat wel.

Steven ijsbeerde door woonkamer van zijn appartement. Een luxe appartement in het hartje van Utrecht. Gekocht van het geld wat hij met duistere zaakjes verdiende. Alles was handel. Softdrugs, harddrugs en zelfs mensen. Maniertjes bedenken voor het witwassen van het geld wat hij daarmee verdiende, was altijd de grootste uitdaging. Maar tot nu toe lukte dat prima. Hij was tevreden met zijn leventje, kocht alles wat zijn hartje begeerde en had vrouwen in overvloed. Hij was slim, zelfverzekerd en kei hard. Zoals een zakenman in zijn ogen moest zijn.

Alleen zij…..Suzan…..zij was de enige vrouw die hem ooit had geraakt. Ze wist veel te veel van hem en dat was gevaarlijk. Toen ze er éénmaal achter kwam wat voor zaakjes hij deed, veranderde de boel. Ze werd afstandelijk en angstig. Hij kon niet anders dan zijn autoriteit doen gelden. Hij was de baas in huis. Dat had hij haar meteen heel duidelijk gemaakt. Hij had haar opgesloten, vernederd, uitgeleend aan zijn vrienden en zelfs geslagen. Ze moest weten dat er met hem niet te sollen viel. Ze moest en zou bij hem blijven en haar mond houden.

Nooit maar dan ook nooit was hij moord, mishandeling of afpersing uit de weg gegaan, maar het gezicht van Suzan……de angst die daarin te lezen stond als hij weer doordraaide, dat zal hij nooit vergeten. Ze was bijzonder en het deed hem pijn dat hij haar uit de weg moest ruimen. Al zou hij dat nooit toegeven aan wie dan ook. Tegenover vrienden was ze gewoon nummer tweehonderd-zoveel in de rij. En ze was gevaarlijk.

Maar oh wat deed het hem veel toen hij haar gisteren zag. Op haar fiets. Hij kon zich nog net inhouden om haar domweg van haar fiets te rijden. Dat was wel de makkelijkste weg geweest, maar hij wilde haar gezicht zien. Hij wilde dat ze wist wie ze voor zich had. Bovendien was het risico te groot dat ze het alsnog zou overleven. En dan was hij de lul. Ze moest dood. Dat was de enige manier waarop hij zijn zaakjes veilig kon stellen.

Om uit te vinden waar ze was, viel nog niet mee. Ze had een andere naam aangenomen. Hij heeft hemel en aarde moeten bewegen om die boven water te krijgen. Het afpersen van een aantal ambtenaren was zonder resultaat gebleven. Misschien wisten ze het echt niet, daar was hij niet achter gekomen. Gelukkig leefde haar moeder nog. Hij had dat stuk aan zijn personeel overgelaten. Dat kon hij niet zelf. Een oud mensje bedreigen of zelfs in elkaar slaan. Zijn mensen deinsden nergens voor terug. Die hadden het klusje geklaard. Voor zover hij wist, leefde ze nog. Al had hij voor haar misschien beter kunnen hopen van niet. Als het nieuws van haar dochter haar zou bereiken, zou ze het zichzelf eeuwig kwalijk nemen dat ze haar nieuwe naam had prijsgegeven.
De dood van haar dochter had zij op haar geweten……

Steven bleef maar ijsberen. De boosheid ebde niet weg uit zijn lijf. Wat was dat toch met hem? De klus was toch inmiddels geklaard? Ze was opgeruimd. En opgeruimd staat netjes. Was hij onvoorzichtig geweest? Had hij iets over het hoofd gezien?
Hij kon zijn onrust niet verklaren……..

Het geluid van de deurbel galmde door zijn appartement. Steven liet het gaan en deed niet open…….eerst moest hij het verband aan zijn oog verschonen! “Auw”…..dat deed verdomde pijn……..”Kutwijf!” riep hij hardop.

Categories
Verhalen

Korte verhalen deel 1 – Eeuwige angst

Het was 3 uur in de nacht en Suus wist dat het tijd was om op te stappen. De meeste feestgangers waren al vertrokken, alleen de gebruikelijke diehards stonden nog aan de hangtafels in Ruud z’n appartement. Elk van hen met veel te veel wijn op. Dat gebeurde wel vaker tijdens zulke avondjes. Suus vond het heerlijk. Ze kon genieten van alle drukte om haar heen en vooral van alle gezelligheid. Thuis was ze alleen. Niemand om mee te kletsen behalve Harry de langharige kater, die overigens goed kon luisteren, maar een zinnig woord terug kwam er natuurlijk niet uit.

Suus hakte uiteindelijk de knoop door, trok haar jas aan, zei iedereen gedag, kuste Ruud, bedankte hem voor de gezellige avond en vertrok richting huis…..op haar fiets. Ze woonde slechts 10 minuten fietsen van Ruud z’n appartement. Dat durfde ze wel aan alleen. Ruud had nog aangeboden dat ze wel mocht blijven slapen, maar Suus wist wat daar weer van zou komen. Ruud wilde altijd meer. Zeker als hij wat gedronken had. En ja, de aantrekkingskracht was wederzijds, maar het was altijd maar voor even. Zodra de ochtend zijn intrede deed was Ruud weer nuchter en afstandelijk. Dat wilde ze niet meer. Als hij haar wilde dan moest dat helemaal, niet alleen voor de sex.

Het was koud en Suus trok haar sjaal nog wat verder over haar oren. Ze was haar handschoenen vergeten en haar vingers tintelden inmiddels van de kou. Gelukkig hoefde ze nog maar 2 straten en dan was ze thuis. Ineens reed er op hoge snelheid een auto voorbij, hij raakte haar net niet. Suus schrok zich wild en er schoot een paniekscheut door haar lijf. Stel je voor dat ze hier midden in de nacht zou worden aangereden. Niemand in de buurt. De volgende keer zou ze toch maar met de auto gaan of misschien dan toch maar blijven slapen.

Haar hart sloeg pas echt over toen ze de hoek omreed, haar straat in. Daar stond de bewuste auto. Pal voor haar deur. Ze herkende meteen de persoon die ernaast stond. Hoe kon hij haar in godsnaam hebben gevonden! Suus werd bang en trilde over haar hele lijf.

“Hallo Suzan”, klonk de maar al te bekende stem. Ze kon niet antwoorden. De angst zat zo diep geworteld dat ze haar stem niet kon gebruiken. “Ik dacht, ik zal eens bij je langskomen want wij hebben nog wel een appeltje te schillen met elkaar, nietwaar?”. Weer die siddering door heel haar lijf. Wat moest ze nu doen? Bij alle buren was al lang het licht uit. Haar stem was ze kwijt, dus gillen was geen optie. Haar hele lijf blokkeerde van angst. “En jij dacht natuurlijk dat ik je nooit meer zou kunnen vinden SUUS NIEUWENHUIZEN!” klonk de stem weer, “mooie nieuwe naam!…..maar weet je Suzan, ik kom overal achter. Ook waar je woont. Ik vind je altijd terug. Neem dat maar van mij aan!” siste hij kwaad. Oh jee……..dit was foute boel. Hele foute boel.

Net toen Suus wilde wegrennen, kwam hij naar haar toegelopen. Ze zag het mes in zijn handen. In een reflex voelde ze haar huissleutels in haar zak. Dat was het enige wapen wat ze had. Wat moest ze nu beginnen tegen deze man. De man die haar jarenlang heeft geterroriseerd, heeft uitgebuit, vernederd en totaal afhankelijk van hem had gemaakt. Ze had geen idee…….. Maar ze ging zich niet zomaar gewonnen geven. Hij had haar leven al veel te veel beheerst.

Net toen hij pal voor haar stond, reed er een andere auto de straat in. Het licht verblindde hem. Even schrok hij. Ze zag het. Zijn mooie gezicht met de kei harde blik waren even van slag. Suus zag haar kans schoon en stak haar huissleutel in zijn oog. Nu moest ze snel zijn, want als het op kracht aan kwam, was ze nergens. Hij kermde van de pijn maar viel haar met een snelle beweging aan. Ze voelde het mes. Het had haar geraakt.

De paniek ebde weg. Evenals de pijn. Ze voelde niks meer……..alleen een serene rust. Eindelijk verlost van de eeuwige angst.